Publicatie nieuwe tariefstructuur voor vrachtwagenheffing

Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) werkt aan de invoering van de
vrachtwagenheffing. De invoering van de vrachtwagenheffing heeft twee doelen. Ten eerste
het laten betalen van binnen- en buitenlands vrachtverkeer voor het gebruik van de weg, door
de omzetting van een vaste belasting (motorrijtuigenbelasting en Eurovignet) naar een
variabele heffing waarbij betaald wordt per gereden kilometer. Het tweede doel is het
innoveren en verduurzamen van de Nederlandse vervoerssector. Hiervoor worden de
inkomsten van de vrachtwagenheffing teruggesluisd naar de sector door, naast verlaging van
de motorrijtuigenbelasting op vrachtauto’s, gelden aan te wenden voor innovatie en
verduurzaming.


Op 24 maart vorig jaar is de herziene Eurovignetrichtlijn in werking getreden (Richtlijn (EU)
2022/362 tot wijziging Richtlijn 1999/62/EG). De Eurovignetrichtlijn bevat het Europese kader
voor wegbeprijzing voor zowel personen- als vrachtverkeer en stelt voorwaarden en
beperkingen aan de hoogte en differentiatie van toltarieven en gebruiksrechten (vignetten).
De herziene richtlijn moet geïmplementeerd worden. Dit gebeurt onder andere met een
wijziging van de Wet vrachtwagenheffing.


Het Ministerie van IenW heeft Revnext opdracht gegeven om de mogelijke keuzes voor het
aanpassen van de tarieven voor de vrachtwagenheffing op basis van de herziene
Eurovignetrichtlijn te onderzoeken en de effecten hiervan in kaart te brengen.

Hierin zijn  verschillende varianten verkend. De tarieven van de vrachtwagenheffing bestaan in de nieuwe structuur uit twee onderdelen: een infrastructuurheffing en een externekostenheffing. Deze twee onderdelen samen vormen het tarief van de vrachtwagenheffing.

Meer informatie: https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/brieven_regering/detail?did=2023D32870&id=2023Z13763